F.C.I. nr.190 / 12-01-1998 bij
de Raad van Beheer 29-01-1998
Land van oorsprong: Duitsland
Gebruik: Werkhond
Indeling in de F.C.I:
Groep 2: Pinschers, Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden
Sectie 2.2: Molossers en Berghonden.
Algemeen voorkomen van de hond:
De Hovawart is een krachtige, middelgrote gestrekte, langharige
gebruikshond.
Goed bestand tegen zwaar weer. Goede hardloper en springer. De
verschillen tussen de geslachten zijn aan de vorm van het hoofd
en de lichaamsbouw duidelijk herkenbaar.
Schofthoogte:
Reuen 63 - 70 cm, teven 58 – 65 cm.
Lichaamsverhoudingen:
De lichaamslengte bedraagt tenminste 110% tot 115% van de schofthoogte.
Gewicht:
Reuen 35 kg, teven 30 kg.
Vacht:
Langharige, lichtgolvende en glad aanliggend met weinig onderwol.
Drie kleurslagen: zwartblond, zwart en blond.
Gedrag en karakter:
De Hovawart is een erkende werkhond voor veelzijdig gebruik.
Evenwichtig en goedaardig bezit hij:
Beschermdrift, vechtdrift, zelfverzekerdheid en belastbaarheid,
middelmatig temperament en een zeer goede neus. Hij is intelligent
en betrouwbaar. Heeft een grote binding met zijn familie en territorium.
Hij neigt soms naar eenmanshond. Is terughoudend voor vreemde
situaties en onbekende personen. Wordt langzaam volwassen, en
is daardoor tot op hoge leeftijd speels. De Hovawart is in aanleg
niet gemakkelijk en eigenzinnig.
Z’n karaktereigenschappen en een bijzondere
binding met zijn familie maken hem in het bijzonder tot een uitmuntende
familie-, begeleiding-, waak-, verdediging-, redding- en speurhond.
Opvoeding en training:
Door de veelzijdigheid van de Hovawart kunt u met 'm vele takken
van de hondensport
bedrijven; Gehoorzaamheid, Behendigheid en Breitensport. Daardat
de hovawart een erkende werkhond is, behoort ook het be-oefenen
van het officiële IPO programma tot de mogelijkheden.
Dat de Hovawart in aanleg niet gemakkelijk en eigenzinnig
is zult u wellicht ervaren bij de
opvoeding en training; de Hovawart neigt naar het doen en laten
waar ie zelf zin in heeft.
Conqesuent zijn en blijven, is dus een must bij
de opvoeding.
Werken met (te) veel druk is echter uit den boze.
Mede door z'n belastbaarheid en het
eigenzinnige karakter, bereikt men hiermee niets bij een Hovawart.
Kortom, door consequente opvoeding en training,
gebaseerd op positive beloningen, zult u op een vriendelijke,
doch duidelijke manier, de Hovawart zijn plaats binnen het roedel
( gezin ) moeten leren kennen.
De Hovawart wordt niet aangeraden voor beginnende
en/of onervaren hondenbezitters.
Door de groote en gewicht van het ras dient u ook fysiek in staat
te zijn hem goed te
begeleiden.
Vanwege het terughoudende kararker van de Hovawart
dient men vanaf het begin de hond
goed te socialiseren en 'm kennis te laten maken met allerlei
sitaties. Dit maakt hem als
volwassen hond, een rustige en zelfverzekerde kameraad.